De foodfoto’s zijn gedeeld, de campings opgelijst. Hoog tijd om nog een paar woordjes neer te schrijven over mijn eetervaringen aan de Spaanse en Franse Atlantische kust en dan deze reis bloggewijs af te ronden…
Spaanse restotips
Hoewel het Baskenland naar het schijnt de hoogste concentratie sterren ter wereld herbergt, gingen we tijdens onze reis niet op zoek naar topgastronomie door de ogen van pakweg Michelin of ‘The World’s 50 Best Restaurants‘. We aten absoluut lekker, maar eerder in plekken zonder gesteven tafellakens of weet-ik-veel-hoeveel-gangen. Een paar dagen na onze thuiskomst merkte ik dat Kobe Desramaults ook in de streek rondreisde: Bilbao, Getaria, … Hij schoof echter wel aan tafel bij topchefs en toen dacht ik heel even: ‘Toeme! Misschien toch een gemiste kans voor ons!’. Gewoon heel even.
Deze restaurants – of asadors of perillas of bars – verdienen toch een vermelding. Maar misschien moet ik beginnen over de pinxtos, de Baskische tapas. Eerlijk gezegd ligt deze regionale trots mij minder, zeker de alomtegenwoordige versie met als basis een sneetje stokbrood. Geef mij dan maar de raciones: een kleine voorgerechtportie die niet default vertrekt van een broodbodem.
La Mejillonera in San Sebastián
Onze eerste kennismaking met de Baskische keuken. In deze lokale bar eten we vanzelfsprekend mosselen (groter en vleziger dan onze Zeeuwse), patatas bravas, calamares en pimientos de padrón. We zijn meteen geïntroduceerd in culinair Baskenland en dan ook verkocht! Opvallend is de goot aan de toog waar de locals mosselschelpen en servetten in laten vallen. De volgende dag keren we gewoon terug…
Camping Sopelana in Sopela (nabij Bilbao)
Je verwacht op een camping niet meteen een uitstekend restaurant. Al vanaf de eerste middag zien wij echter dat de kantine en in het bijzonder hun pollo asado – kip aan ’t spit, een zwak van mijn meneer – erg populair is. We besluiten om gewoon mee te doen, met als gevolg dat we de rest van de dag eigenlijk niets meer kunnen presteren. Lees verder