Jamie³

Iets meer dan een jaar geleden schreef ik een post over de rode draad doorheen een paar mensen waar ik diep respect voor heb. Tomtoms, over Tom Barman, Tom Boonen en Tom Waes. Gisteren bedacht ik tijdens het optreden van Jamie Cullum dat ik maar eens wat woorden moest wijden aan een nieuw rijtje mannen waar ik mijn hoed voor afneem met een gemeenschappelijke voornaam: Jamie.

Jamie Oliver
Oftewel de eerste kok die interesse in koken prikkelde en nog steeds op minstens wekelijkse basis prikkelt.

Jamie Lidell
Oftwel de man die mij bij 2 concerten op 2 weken tijd (toevallig, wegens vervanging Joss Stone) telkens quasi meteen aan het bewegen kreeg.

Jamie Cullum
Nog nooit zo verrast geweest door een mij minder bekende artiest. Wat een podiumbeest. Wat een energie. Wat een intimiteit in volle tent.

Jamie. Jamie. Jamie.
Wat doe je nou?

Uitvinderij alom

Professor Barabas – in Suske & Wiske
Professor Gobelijn – in Jommeke
Napoleon – in Merlina
Semafoor – in Dommel
Opa Fonkel – in Mega Mindy
Victor – in Kaatje
Mag ik concluderen dat een uitvinder altijd werkt in verhalen (zij het op televisie, zij het in boeken of strips…) voor kinderen?
Nog exemplaren vergeten?
•••
UPDATE met vergeten exemplaren, verzameld uit de comments
Professor Zonnebloem – in Kuifje
Q – in James Bond
Adhemar – in Nero
Kumulus – in Piet Pienter en Bert Bibber

De publieksgrens

Mijn vriend en ik hebben de slechte gewoonte om net op tijd te arriveren op een concert of een andere voorstelling. Risicovol. Absoluut als je niet van plan bent om jezelf door het geduldig wachtende publiek richting podium te murwen.

Dan beland je dus in een twijfelachtige positie. Voor jou mensen die doorgaans geconcentreerd focussen op wat zich ter hoogte van de bühne afspeelt. Achter jou in eerste instantie niemand.

Maar druppelsgewijs stromen nog latere vogels toe. Helaas bevinden zich in deze categorie behoorlijk wat types die niet per se het ganse optreden willen volgen. Gewoon wat vrijblijvend kijken en terwijl ongestoord tetteren met het gezelschap zijn ruim voldoende.

Tijdens deze editie van de Gentse Feesten begon ik inwendig langzaamaan te koken op de laatste publieksrijen van The Bony King of Nowhere en het straattheaterfestival MiramirO.

Mijn eigen stomme schuld,  I know. En toch word ik hoorndol van klojo’s die geen respect kunnen opbrengen voor de zich in de regel enthousiast gooiende artiest(en).

bpost begot

Gisteren stapte ik het postkantoor op de Hoge Weg in Sint-Amandsberg binnen. Om mijn oude nummerplaat terug te sturen naar de DIV (Directie voor Inschrijving van Voertuigen), meer bepaald de dienst schrappingen. Vlak voor de ogen van de postbeambte zocht ik – met de bewuste nummerplaat in mijn handen – een passende envelop uit om het metalen ding in te versturen. Ik checkte de afmetingen en koos uiteindelijk een gewatteerd iets-meer-dan-A4 exemplaar. Op het loketmeubel – dus nog vlakker voor de ogen van de postbeambte – schoof ik mijn nummerplaat in de envelop en kleefde die vervolgens dicht. Terwijl ik in mijn handtas naar een balpen en mijn notitieboekje met het adres van de DIV scharrelde, vroeg ik aan de postbeambte of ik mijn nummerplaat al dan niet aangetekend diende te versturen.

Hij antwoordde kurkdroog:

“Je hoeft die niet in een envelop te versturen… Maar de envelop is nu wel beschadigd, dus je zult die moeten betalen. Eén euro veertig cent alstublieft.”

Met wereldgrote moeite bewaarde ik de rust en betaalde de luttele som.
Ambtenarij van de bovenste plank!