Amfora

Na een dagje ‘langs weerskanten van de schreve’ (wandeling in Bergues en fietstochtje naar Hopmuseum in Poperinge) met het gezin trakteert mama om haar pensioen – TBS / terbeschikkingstelling is correcter – op gepaste wijze te vieren. Ze deed dat eerder al met haar kleuters en haar mede-leerkrachten.

Ze wil graag naar Amfora, een hotel / brasserie / restaurant op de markt van Poperinge en wij volgen gedwee. Wanneer we er tijdens de dag al even voorbij fietsen, merk ik dat op diezelfde markt de jaarlijkse kermis met de kenmerkende decibels staat. Als we maar niet op het terras vooraan een plekje krijgen, denk ik nog. Bij aankomst ’s avonds blijkt dat onze tafel voor zes personen in de orangerie achteraan met open deuren staat. Perfect!

Moeder is aan zet en ze wil graag samen het menu Amfora (€ 43,50) proeven. Opnieuw stribbelen we niet tegen, de meesten bestellen tevens het wijnarrangement (€ 14,50). Starten doen we met een glaasje cava voor de meerderheid en een alcoholvrij aperitief voor mijn zwangere zus.

Bordje met welkomsthapjes

Op vel gebakken zeebaars / bedje van jong groen / zeeschelpjes / jus van garnalen

Op lage temperatuur gegaarde kalfslende / kruidig gekorst /
kalfszwezerik / crème van broccoli / zomergroentjes

Symfonie van rood fruit / witte chocolademousse

photo (48)

De hapjes maken mij al nieuwsgierig: mousse van tomaat met mozzarella, ravioli van komkommer met kreeft en een groentesoepje. Hap voor hap goedgekeurd. Intussen zien we links en rechts borden voorbijkomen die er allemaal even verzorgd uitzien…

photo (49)

Dan volgt de topper van de avond: uitstekend gebakken zeebaars op een groen bedje van erwten, flageolets, zeekraal en spinazie. De kokkels, de garnalen en de affilla cress werken dit gerecht 100% af. Mocht er zoiets bestaan als het ultieme Elise-voorgerecht, dan komt dit erg dicht in de buurt. Hierbij komt een erg frisse witte wijn uit de Languedoc streek. Mijn pa checkt de druiven, ik heb hun ongewone namen niet onthouden. Hij en mijn wederhelft zijn dolenthousiast over deze wijn. Ik stem in!

photo (50)

We gaan verder met het traaggegaarde kalf dat bijzonder mals en smaakvol blijkt te zijn. Van kalfszwezerik ben ik ondanks het delicatessegehalte geen fan, desalniettemin eet ik het stukje proper op. Daarbij komen een ganse resem aan zomer(?)groentjes: bloemkool, oesterzwam, morielje, kerstomaat, wortel, groene en witte asperge. In een aparte cocotte volgen nog gebakken krieltjes. Opnieuw een excellente bereiding! Ik merk van mezelf echter dat ik in menuformules toch steeds de vis- boven de vleesbereiding verkies… Ook hier schenken ze een Languedoc wijn bij, rood weliswaar. Wederom een winner.

photo (51)

Als laatste gang komt de symfonie van rood fruit – zoals omschreven in het menu. Een Klara-fan ben ik alvast pro, zeker als het een mooi palletje is van vers fruit (aardbeien, kersen, rode bessen), coulis, ijs en sorbet met als grootste gemeenschappelijke deler ‘ROOD’. In plaats van de witte chocolademousse had ik misschien liever nog een extra bolletje vanille-ijs gezien, maar aan het eind van zo’n geslaagd menu hou ik even mijn mond over mijn persoonlijke voorkeur. Nog een koffie en voor de zwangere zus iets van de theekaart. Daarbij komt een drieledige zandloper om de trektijd te controleren. Charmant!

photo (56)

Erg tevreden en met een dankjewel richting mama wandelen we de Poperingse markt op. Klaar voor een rondje op de kermis en 90 gezamenlijke kogels in het schietkraam… De Winnie-de-Pooh gaat vanzelfsprekend naar het eerste (nog ongeboren) kleinkind!

Pampas Rodizio

Doorgaans heb ik een licht vooroordeel voor plekken die geschikt zijn om groepen te accommoderen. Waarom eigenlijk? Ze zijn hoogstnoodzakelijk! Waar ga je anders heen, met die collega’s, die voormalige klasgenoten, die mede-verenigingsleden, … Voor mij was de eerste categorie vorige week aan de orde: Pampas Rodizio vormde het decor voor het jaarlijkse – lees in mijn geval: eerste – etentje met ongeveer 50 mede-iMinders.

photo (43)

We starten met de keuze tussen cava of mojito. Ik ga voor het eerste en krijg vlak voor het eigenlijke eten ongewild ook nog een exemplaar van het tweede voorgeschoteld. Bij het aperitief komt een bord hapjes: pintxos en warme lookbroodjes. Waarom dat precies Baskische hapjes zijn en niet de meer algemenere Spaanse tapas ontgaat mij. Misschien moet ik dat maar eens persoonlijk gaan onderzoeken in Baskenland, als ik mijn wederhelft tenminste kan overtuigen van een vakantie zonder extreem hoge zongarantie.

Daarna wordt het tijd voor waar Pampas Rodizio om bekend staat: à volonté vlees- en visspiezen serveren (doorgaans dus aan grotere gezelschappen). Hoe geef je aan of je nog honger hebt of deze spiesronde wilt overslaan? More. Stop. Klontjesklaar, toch?

photo (42) photo (41)

En wat rijgt men zoal op een spies bij Pampas?

  • varkensvlees met honing en mosterd
  • kruidige worstjes
  • ribeye
  • picanha (Braziliaans rund)
  • kippenfilet
  • kippenboutjes
  • lambsbout
  • zalm
  • botervis met marjolein
  • scampi

Ook ananas. En bananen belanden eveneens op de grill, zonder spies weliswaar. Waar de uit de kluiten gewassen pincet van op de MORE-foto voor dient, is ons niet meteen duidelijk. Bij een eerste passage van het grotere formaat (rund bijvoorbeeld) wordt dat helder: de ober snijdt een stuk af dat jij dan met behulp van dit tangetje op je bord legt. Het voelt een klein beetje veterinair aan, maar het schept wel sfeer…

photo (47)

Ik doe flink mee met de à volonté, voor de kippenboutjes en het warme fruit bedank ik echter – wegens net iets minder mijn meug en de verzadiging al lang voorbij. Op voorhand had ik de tip meegekregen om in het begin vooral het STOP-teken te gebruiken, omdat Pampas het betere vlees meer naar het einde toe brengt. Eerlijk gezegd vond ik de spreiding nogal meevallen: vis en vlees, minder en meer exquise soorten wisselen elkaar af. Mijn persoonlijke favorieten zijn de zalm, de scampi, het lam en het kruidige worstje.

Qua bijgerechten komen meteen na het aperitief schotels met rauwkost op tafel te staan. Een dienster vraagt of we een aardappel in de schil of frietjes willen. Bijna iedereen gaat voor de frietjes, maar ik vraag als de aardappelen opgediend worden toch ook een exemplaar. Tot slot staan er op tafel sausjes met een Pampas etiket: look-, barbecue-, béarnaise- en pepersaus.

photo (45)

Na deze meer dan ferme portie kunnen we nog een dessert bestellen: chocolademousse, sabayon, dame blanche, … Ik pas echter, idem dito voor koffie of thee. Nog wat verder wijnend besluit ik dat dit restaurant inderdaad geschikt is voor een groepsgebeuren en een verademing naast de platgetreden paden van fondue- en ribhuizen. Alles (van wat op de spiezen zit tot de begeleidende koolhydraten, groenten en sauzen) scoort beter dan mijn vooroordeel. Wat wil een mens in groep nog meer?

De Karper

Deze resto review schreef ik origineel in opdracht van Goesting magazine – dat maandelijks verscheen als bijlage bij De Morgen en Het Laatste Nieuws.

Een recensie met de rekening beginnen, is misschien wat ongewoon. Maar toch wil ik een zinnetje aanhalen dat daarop staat en restaurant De Karper in Machelen-Zulte erg gevat omschrijft: ‘Gezellig tafelen aan de oevers van de Leie, in het kader van Raveel’. Jawel, zelfs op een doordeweekse vrijdagmiddag voel je meteen ontspanning opborrelen als je van aan die parkeerplek naast het Raveelmuseum naar die bocht in de oude Leie-arm wandelt. De Karper huist in een voormalig dorpscafé met zicht op het water en bij zonnig weer een uitnodigend terras. Wegens net niet zomers genoeg installeer ik mij binnen aan een ruime ronde tafel bij het raam, in het gezelschap van een goed boek.

De Karper is stijlvol getransformeerd tot een klasserestaurant met vooral wit en grijs in het kleurenpalet. Beneden kunnen een twintigtal eetgasten zitten, boven nog eens iets meer dan veertig. De kunst aan de muren brengt logischerwijs een ode aan Roger Raveel, het zijn echter de lampen van Miguel Algoet op de vensterbanken die het eerst mijn aandacht trekken.

De vriendelijke gastvrouw brengt de menukaart en presenteert mondeling de lunch (€ 30) die bestaat uit hapjes, voorgerecht, hoofdgerecht en een glas wijn. De kaart beperkt zich tot telkens twee voor-, hoofdgerechten en desserts; plus de gangen uit het degustatiemenu kunnen tevens à la carte besteld worden. Zoals bij de meeste eigentijdse chefs worden gerechten zonder franjes benoemd door een oplijsting van de hoofdingrediënten. Ik twijfel nog even bij de asperges met kwartelei, maar uiteindelijk besluit ik toch om de chef te volgen met z’n lunchmenu.

Starten doe ik met een maison (€ 6), oftewel een crèmant met likeur van rozenextract. Al snel komen de hapjes die geserveerd worden op een grote kei: een kroketje van ossenstaart met pickles en eetbaar klaver als afwerking en een krokant hapje van spek en melk. Beiden erg verfijnd qua smaak en presentatie! De toon is gezet. Dit wordt culinair genieten.

Ondertussen wordt er spuitwater uitgeschonken en een broodje naar keuze (meergranen graag) geserveerd. Vlot zoals dat een lunch betaamt volgt het voorgerecht: een gazpacho van erwt met wangetjes van lotte. Eerst verschijnt een prachtig bord (van Pascale Naessens uit de Serax collectie) met twee stukjes perfect gebakken vis en een eigentijdse garnituur met ondermeer munt en hangop. Nu al oogstrelend en dan ontbreekt de gazpacho van erwt nog… Deze fluweelzachte soep combineert perfect met de stevige witte vis en de knapperige toetsen. Bij echte soep hoort niet meteen een glas wijn en toch waag ik het er eentje te vragen. Het inbegrepen glas bij het menu stond wellicht bij het hoofdgerecht gepland, maar de dame brengt mij toch zonder morren een glas witte huiswijn. De Bordeaux uit 2011 met z’n frisse, droge smaak bevalt: niet te dominant, genoeg ruimte latend voor wat de kok serveert.

Tijd voor het hoofdgerecht: lende van Zweeds varken, gegrilde prei, spitskool en tarwenoedels. In de eerste plaats valt het forse stuk vlees op, ik gok op minstens 250 gram. Vlees dat overigens prima bereid is: varkensvlees dat flirt met rosé, maar het net niet meer is. Ik geniet wederom, ook al laat ik een deel varken liggen. Even surfen naar de Facebookpagina leert dat men het lunchmenu niet altijd op dezelfde manier dresseert. Leuk, zo’n kok die van improvisatie houdt.

Omdat De Karper naar meer smaakt, besluit ik na het lunchmenu om toch nog een dessert te bestellen. Want die aardbei – aardbei | aardbei | aardbei uit het degustatiemenu klinkt wel erg intrigerend! Het blijken uiteindelijk verse aardbeien te zijn (met en zonder kroontje), aangevuld met aardbeiencrumble, -coulis, -cake en -flan. Die laatste is wel erg diepgevroren en bijgevolg moeilijk aan te pakken met vork en lepel. Tot slot ligt er nog een bolletje sorbet van aardbei – what else? – en Safari op het bord.

De chef houdt overduidelijk van verse kruiden en bloemen; de gastvrouw verklapt aan een andere tafel dat deze in eigen tuin gekweekt worden. Ze geven zijn gerechten die frisse touch waarvoor je meteen wil terugkomen naar De Karper. Hopelijk in combinatie met zon, wellicht ook met een bezoekje aan het Raveelmuseum en een fikse Leiewandeling.

Scharrelvarkensribstuk met Camp’swellsaus

Mijn vriend en ik houden beiden van de combinatie varkensvlees met Blackwellsaus – je weet wel, die saus op basis van pickles. Toen ik van Camp’s een uitnodigend houten kistje toegestuurd kreeg met pickles, mosterd (met en zonder graantjes), zilveruitjes, augurken en kappertjes (gelijke en ongelijke grootte), wist ik alvast meteen wat met het eerste potje klaar te maken… Blackwell wordt Camp’swell!

Ik hoor al iemand ‘Scharrelvarken?’ denken… Wel, ooit stak ik een pleidooi af voor het vlees en de vis in de zwarte isomoschaaltjes van Delhaize. Doorgaans zijn dat de meer kwalitatieve varianten. Orkney zalm, Irish beef, Iberico varken, of in dit geval ‘varken in open (Ardense) lucht gekweekt’. Vandaar mijn neologisme: scharrelvarken.

photo (39)

Ingrediënten

  • 2 porties varkensribstuk
  • 1 potje Camp’s pickles
  • 15 cl room
  • 300 gr krieltjes
  • 400 gr sperzieboontjes
  • boter
  • peper & zout

photo (40)

Bereidingswijze

  • Dop de boontjes, halveer de aardappelen en leg ze in een afzonderlijke stoomovenschaal met gaatjes. Ik bereid deze in de hogedrukstoomoven, maar die kunnen uiteraard ook perfect gekookt worden.
  • Stoom de krieltjes 6 minuten op 120°C en voeg de laatste 2 minuten de boontjes toe.
  • Kruid de varkensribstukken met peper & zout, verwarm de boter en bak het vlees naar gelang de dikte enkele minuten op beide kanten.
  • Haal het vlees uit de pan en zet opzij onder aluminiumfolie.
  • Doe de bokaal pickles in de pan. Vul die bokaal met room en giet eveneens in de pan. Vul tot slot nogmaals voor de helft met water en voeg toe. Laat een paar minuten doorkoken.
  • Dien het varkensribstuk op met de Camp’swellsaus, de gestoomde krieltjes en boontjes. Smakelijk!

Er volgen ongetwijfeld nog meer Camp’s gerechten… Wellicht eerder op mijn Instagram feed met de onvermijdelijke hashtag #food. Ik denk aan een homemade mayonaise met graantjesmosterd, of die vitello tonnato die ik al zo lang eens wil maken.