Lunchen op één van mijn favoriete vrijetijdslocaties in Gent – zijnde DOK? Met alle plezier! Sinds een aantal maanden kookt Le Petit Botanique in de containerkeuken die naast de DOKkantine staat. Dit pop-up restaurant is een initiatief van onder meer Labeur, Recup Design en verschillende organisaties met een ecologische / maatschappelijke insteek. Naast een lunchadres is Le Petit Botanique vooral ook een stadsboerderij. De dagschotel wordt dus samengesteld uit duurzaam en biologisch geteelde groenten uit eigen streek.
We besluiten om op de middag met een paar collega’s te gaan proeven. Helaas wel op een regenmiddag, waardoor we binnen in de kantine moeten zitten in plaats van op een zonovergoten terras. Met z’n vieren plooien we ons rond een vierkante tafel. De rest van de kantine zit – tegen mijn verwachting in – eveneens vrij vol en tijdens onze lunch wordt er nog een tafel voor 22 personen geïnstalleerd. Een tikkeltje onhandig wel, want ik moet toegeven dat je merkt dat dit geen afgetraind horecapersoneel is… Uiteraard niet erg, dat wil ik niet gezegd hebben!
De heren gaan voor de lunch (€ 14), die een hoofdgerecht met soep of koffie inhoudt. De dames beperken zich tot de hoofdschotel (€ 11). Er is ook een (niet nader omschreven) vegetarisch alternatief verkrijgbaar, maar daar bedanken we allemaal voor.
Terwijl de mannelijke helft dus een komkommer-courgettesoep voorgezet krijgt, nip ik van mijn glaasje rosé. Want zelfs met regendruppels blijft het tenslotte zomer… De soep bevalt en wanneer de dame vraagt of het lam mag komen, knikken we. Inmiddels zijn we al synchroon een kleine meter opgeschoven met onze tafel om wat meer ruimte te creëren voor dat 22-koppige gezelschap.
Lees verder →
Er zijn zo van die avonden dat je denkt “Fok, food pics!”. Het klopt dat die avonden in mijn wereld zeldzaam zijn, maar dan kom je dus thuis van Le Piranha met een erg gesmaakte côte-à-l’os in de maag en slechts één snapshot van hoe die er uitzag.
Een paar maanden geleden schreef ik vrij vol van lof over Au Boeuf Qui Rit, die laatste vrijplaats in Gent waar je op een haardvuur gegrild vlees (of vis) eet. Naar aanleiding van een conversatie over dit restaurant worden we doorverwezen naar een gelijkaardige plek: Le Piranha in de Keizer Karelstraat. Volgens de mondelinge overlevering zou er zelfs een familiale link tussen beide restaurants bestaan. Ongelofelijk wel hoe sommige horecazaken kunnen verdwijnen in het straatbeeld, want ik ben zeker al honderden keren voorbij Le Piranha gereden zonder er ook maar enigszins acht op te slaan. We wandelen er op zondagavond binnen na een last minute belletje. Er zijn nog een tweetal tafels gevuld en het wordt in de loop van de avond niet veel drukker.
Wanneer we de kaart krijgen, besluiten we al snel om voor de côte-à-l’os (€ 49,90) te gaan. Bij Au Boeuf Qui Rit bestelden we elk afzonderlijk (filet pur en pavé de Gand) en daar hadden we achteraf gezien toch lichtjes spijt van. Nadat we ook nog een karafje rosé en een halve fles rode wijn besteld hebben, komt de vuurmeester in actie. Met een pint in de hand port de Franssprekende kok zijn haardvuur wat aan. Charmant! We zitten vlakbij en volgen – nieuwsgierig als we zijn – stap voor stap mee. Een mooie côte-à-l’os wordt gekruid, ingesmeerd met vetstof en op de rooster gelegd. Ik bemerk goesting met een reusachtige G bij mijn wederhelft!

Lees verder →
Ik wacht al even het geschikte moment af om sushi af te halen bij Tampopo in Sint-Denijs-Westrem / Afsnee. Op basis van wat ik online lees, verwacht ik mij aan iets betere sushi dan de Gentse take-aways waar ik doorgaans bestel en nochtans niet malcontent over ben (Sushi Palace, Tokyo Sushi, Ikura Sushi). Vorige vrijdagavond was dé avond: home alone, uitgeput na een drukke werkweek en de naweeën van een virale infectie.
Rond acht uur ’s avonds bel ik deze Japanner. Ik bestel na enig weifelen uiteindelijk de Sushi Moriawase als hoofdgerecht: deze keuze van de chef omvat 16 stuks en kost € 25. Google leert mij dat Moriawase geen persoonsnaam of stad van herkomst is, het blijkt gewoon ‘combination platter’ te betekenen.
Tien minuten later mag ik al aandraven, dus stap ik meteen in mijn auto. Bij aankomst wachten naar mijn vermoeden moeder en zoon mij al op. Ze voegen nog stokjes toe aan het zakje en ik reken vlot af met Bancontact. De rest van de zaak blijkt leeg.

Lees verder →
Alleen al het woord ‘restobar’ scoort punten bij mij. Wat klinkt dat toch veel minder mondain dan ‘gastropub’ en doet het prima vermoeden welke lading Charlie wil dekken. Tijdens mijn eerste passage in Oudburg hou ik het bij een glas witte wijn. Het feit dat ze drie soorten witte wijn per glas schenken, versterkt mijn voornemen om hier terug te komen voor een paar van die op het krijtbord aangekondigde hapjes. Dat doe ik dan ook samen met mijn vriend om de start van onze vakantie te vieren en omdat we niets meer in huis hebben aan de vooravond van ruim drie weken Thailand.
We bestellen elk een glaasje rosé om het vroege zomergevoel nog wat extra te onderlijnen. Als starters selecteren we uit de tooggerechtjes op de kaart de intrigerende kroakemandels en de carpaccio van uuflakke. Ik durf wel eens een boompje opzetten over dat er eten is waar ik niet gelukkiger van word (grootkeuken in een doorsnee bedrijfsrestaurant bijvoorbeeld) en het tegendeel. Alleen al deze formuleringen bij Charlie doen mijn lichaamstemperatuur met een paar graden stijgen. Laat dat geluk maar komen!
Lees verder →
Of ik wil afspreken bij een populaire Italiaan in Wilrijk? Graag! Dus reserveren we op een maandagavond bij La Bresaola da Mauro, in de buurt van Park Den Brandt. Even voor het tijdstip van afspraak wandel ik binnen in dit statige hoekpand en ze laten mij een tafeltje kiezen. Ik ga voor zicht op de open keuken: binnenkijken bij de chef, daar hou ik wel van.
Mijn zwangere gezelschap arriveert en we aperitieven met rosé en bruiswater. Op de rekening achteraf merk ik dat Mauro toch behoorlijk doorrekent voor een glas rosé – meer bepaald € 6,00. Intussen valt het mij tevens op dat we omringd worden door nogal wat buitenlanders: ik lijk meer Engels te horen dan Nederlands. Mijn vriendin legt uit dat er vrij veel ambassades en dergelijke ondergebracht zijn in dit deel van Antwerpen.
Voor de eetkeuze vraag ik raad aan de habitué: ze vertelt dat de verse pasta’s altijd de moeite zijn. Op het krijtbord met suggesties lonken voor mij ook nog de woorden cozze en vongole. Uiteindelijk kiest zij de ravioli met champignons (€ 16,00) en ik de kreeftenravioli met scampi en gamba (€ 19,50). Bij een Italiaan selecteer ik tegenwoordig meestal iets in deze lijn: verse pasta met vis, schaal- of schelpdieren.
Er komt brood en gemalen / verbrokkelde parmezaan op tafel, naast de soepstengels die er al stonden om de eerste honger te stillen. Verder spot ik in de keuken en rondom mij allerlei lekkers: venusschelpen, sint-jakobsvruchten, een volledige vis uit de oven, een mooi stuk rundsvlees, … Laat die pasta’s maar komen! En daar zijn ze al.

Lees verder →