Reeds meerdere malen verklaard en gestaafd dat ik een lijstjesmadam ben. Met stip – en ik val hiermee in herhaling – het meest gekoesterde lijstje is 70 dingen die je moet eten voor je sterft uit De Standaard. Dit weekend opnieuw een moment van genoegdoening toen ik een item van standaard naar vet kon omzetten, meer bepaald het lamsvlees van slagerij Zwaenepoel in Gent.
Al vaker was ik langs deze authentieke beenhouwerij in de Donkersteeg gelopen. Een beetje nieuwsgierig binnenglurend, meer niet. Want eigenlijk ben ik niet zo’n vleeseter. Toen ik er zaterdagnamiddag samen met mijn lief binnenstapte, was ik meteen gecharmeerd door hoe een slagerij er anno 2011 niet per se als dertien in een dozijn hoeft uit te zien. Gewoon onvervalst, van vlees en bloed.
Wanneer ik de dame achter de toog naar lamsfilet voor vier personen vroeg, kwam de beenhouwer himself – meneer Moerman volgens het plastiekzakje, en dus geen Zwaenepoel – meteen tussenbeide.
Hij suggereerde twee stuks lamscarré. Daarbij inbegrepen een demonstratie rond het verwijderen van de hiel en dergelijke. Dat hij ook nog eens uitgebreid bereidingsadvies meegaf, had misschien iets te maken met het feit dat mijn lief het niet kon nalaten zijn plaats in “het lijstje” te vermelden. De glimlach om de mond van mijn lief verwaterde echter lichtjes toen hij de prijs van dat aangeprijsde lamsvlees vernam: €33,43 – oftewel een grote €8 per persoon.
’s Avonds bakte ik de lamscarrees een 10tal minuten in een goede boter. Vervolgens liet ik het vlees nog eens een 10tal minuten rusten onder aluminiumfolie. Het formidabel smakelijke vlees werd opgediend met een karnemelkpuree, een wok van peultjes met groene asperges en wat sla.
Zonder enige twijfel mijn malste lamservaring ooit! Ik ging er bijna van blaten…