Pietje Pek heeft zowaar de meest uitgesproken knipperlichtrelatie met mijn restolijstje. Toegevoegd, gedelete, toegevoegd, gedelete, toegevoegd. Toen een koppel vrienden een passage langs de populaire horecazaak aan het rondpunt van Drongen suggereerde, dacht ik: “Tijd om definitief komaf te maken met die tweestrijd!”. Na telefonisch checken blijkt dat het eerste tafeltje pas om 21u vrij komt. Wij stemmen in en maken er noodgedwongen een iets langer aperitiefmoment van. Elk nadeel heb…
Bij aankomst bestaat de eerste keuze uit buiten op het verwarmd terras of binnen. We kiezen op deze behoorlijk mooie zomeravond toch voor het dak boven ons hoofd. De tweede keuze – de essentiële eetkeuze – blijkt bij het gezelschap eigenlijk al op voorhand gemaakt: chateaubriand. En wie ben ik om dwars te gaan liggen? Mijn vriend en ik bestellen samen een saignant exemplaar, het ander koppel een à point.
Het personeel loopt nogal hectisch heen en weer, maar blijft vriendelijk en bij de les. Even later verschijnt onze karaf rode wijn en het water. Na nog een poosje ook twee warmhoudplaten met daarop telkens de chateaubriand (geen beeldmateriaal of enkel afgrijselijk lelijk wegens te weinig licht en een beetje beverig) met cresson, warme aardappel, warme tomaat en gestoofd witloof. En mooie frietjes!
De bakwijze klopt. Het vlees smaakt. En toch verwonder ik mij wat over de kleur van de chateaubriand: deze lijkt mij iets te paars in plaats van rood. Heel even dacht ik zelfs dat ze mij geschroeide tonijn voorschotelden in plaats van een edel stukje rundsvlees.
All in all tevreden dat ik Pietje Pek eindelijk kan schrappen van mijn restolijstje. Wel zonder ambitie om er vanaf nu geregeld te komen. No hard feelings.