Ineens duikt er een restaurant op in Gent dat meteen voor maanden volgeboekt is. Genaamd Oak, gelegen in de Hoogstraat en een chef met Pure C en Hertog Jan ervaring. Op goed geluk kijk ik ergens in december wanneer ik er kan gaan lunchen: midden februari blijkt de eerste optie te zijn en ik reserveer meteen voor twee.
Twee maanden later is het dan zover. Het is een dinsdagmiddag, ik krijg het gezelschap van een vriendin en tegen 12u30 wandelen we binnen. Oak huist in een nieuwbouwblok waar je eerst een gangetje door moet om dan met de glazen deur meteen in huis te vallen. De grootte – of eerder het gebrek eraan – valt meteen op. We worden begroet, van onze jassen verlost (door de chef himself) en beslissen wie de zetel en wie de stoel neemt.
Voor de lunch kunnen we starten met twee gangen aan € 25 en zo verder aanvullen tot vijf aan € 50. Wij besluiten om op drie gangen af te kloppen: al het hartige en geen dessert. Klinken doen we met een glaasje cava (€ 7), in de bubbelcategorie staat verder ook nog champagne (€ 10) op de kaart. Daarna zullen we wijntjes per glas bestellen.
Hier komen de amuses al, opnieuw worden we bediend door de kok. Op een houten plank stralen twee bordeaux pralines, bestaand uit merengue van rode biet met een vulling van kippenlever. In een kommetje – waarvan enkel een blurry foto – ligt een roodbruine quinoasoort (waarvan de naam mij nu ontglipt, dat komt ervan als je te lang wacht met bloggen) en een schuimige jus van kreeft. De toon is bij deze gezet.
Na de opwarmertjes komt er voortreffelijk brood en boter in een schattige scheetvorm op tafel. Nu pas realiseer ik mij dat er vrij veel gebruik gemaakt wordt van houten tafelaccessoires. Misschien allemaal in eik, ik ben allesbehalve een houtkenner. Ondertussen naderen onze bubbels de bodem en wordt gevraagd of we graag een glas witte wijn drinken. Jawel, doe ons een voorstel! Het wordt de Oostenrijkse Heideboden uit 2014 van wijnmaker Claus Preisinger. De wijnkaart zagen we wel bij het begin van de lunch, inmiddels zijn we echter vergeten dat ze voor dit glas een stevige € 10 aanrekenen.
holsteiner salade, bieslook, mosterd
Het eerste voorgerecht bevalt ons beiden: de stukjes rauwe Holstein onderstrepen de kwaliteit van het vlees, de gepofte graantjes en de salade van ondermeer postelein geven het geheel frisheid. Ik glimlach bij de gedachte dat dit bord in de meeste zaken een carpaccio zou heten, deze focus op de groenten kan ik wel appreciëren.
skrei, fideau, courgette, koriander, wasabi
We nippen verder van onze wijn en blijken als één van de enige tafels ook het tweede voorgerecht geselecteerd te hebben. Oei, zijn wij zo Bourgondisch of gewoon de enige niet-zoetekauwen tijdens deze lunch? We krijgen een stukje op vel gebakken skrei. Wie regelmatig uit eten gaat, ziet skrei in deze periode van het jaar op alle menukaarten opduiken. In tegenstelling tot een even seizoensgebonden ingrediënt als asperges, word ik deze vis na een paar keer wel beu. First world problems uiteraard. Dit gerecht krijgt in mijn Oak ranking slechts de bronzen medaille: zeker niet slecht, maar de fideau (een noedelgerecht uit Valencia) ziet er niet echt uit en de smaken maken over de ganse lijn het minste indruk. Zo proef ik bijvoorbeeld nauwelijks koriander of wasabi.
lam, wortel, harissa
Het hoofdgerecht kan dan weer wel concurreren met de praline of het rund uit Holstein. Wat een fenomenaal stukje lam! Hier hoort een stevig glas wijn bij en dat krijgen we in de vorm van een Spaanse rode van Tempranillo druif. Deze vervangt die ene wijn uit Veneto die voorlopig niet voorradig is en kost volgens de rekening achter opnieuw € 10 per glas. Naast de wijn krijgt het lam tevens het gezelschap van een lauwe quinoasalade met granaatappelpitjes, paarse wortel uit de oven en wat plompe rauwe wortelslingers. Het geheel wordt prima samengehouden door een luchtige saus met pit.
De desserts waarvoor we pasten bestonden enerzijds uit vanille, chocolade, caramel en anderzijds uit mango, kokos, kaffir limoen. Wel ronden we graag af met een koffie, die overigens verschijnt in een bijzonder kopje uit mat aardewerk en begeleid wordt door een leisteen met zoetigheid op ons formaat. Een praline die er uitziet als de trop bon (praliné van gezouten pindanoot, vanille, karamel) van Joost Arijs en zachte karamel met chocoladepoeder. Ik hou van zoute toetsen in snoepgoed!
Oak, het was ons een waar genoegen! We begrijpen waarom jullie zo’n blitzstart kennen en instant jullie plaats opeisen bij de culinaire top van Gent.