Mijn mosselen

Mensen houden van variatie. Ook in het mosseldom. Dus bieden horecaantjes tijdens de maanden met een “R” – maar tegenwoordig tevens daarbuiten – mosselen natuur, witte wijn, in de room, provencale of nog andere bereidingswijzen aan. Wie z’n mosselen liever zelf klaarmaakt, krijgt in de vishandel of in de supermarkt eveneens een keuzepalet voorgeschoteld: jumbo of super, Zeeuwse of Belgische, …

Persoonlijk bereid ik mijn mosselen bij voorkeur zelf. Op restaurant durven ze zich nogal eens vergissen in de perfecte “kook”tijd. Te kort (gevolg = zeewater in de mond). Of erger nog. Te lang (gevolg = rubber in de mond). En met hun interpretatie van mosselgroenten ben ik het ook niet altijd eens. Mijn mosselen krijgen in de pot enkel het gezelschap van ajuin, groene selder en peper. Puur natuur! Buiten de pot horen twee sausjes: zelfgemaakte mayonaise met kookvocht en hetzij mosterd, hetzij curry. En wat betreft de obligate koolhydraten varieer ik tussen handgesneden frietjes of simpelweg  brood.

Een beetje in tegenstrijd met mijn voorgaande pleidooi voor mosselen @ home spelen mijn twee beste mosselervaringen zich buitenshuis af.

Ervaring A deed ik op in een Italiaans kuststadje, Marina di Pisa genaamd. Daar hielden mijn vriend en ik halt tijdens een rondreis door Toscane. We volgden nieuwsgierig het voorbeeld van een aantal locals: de zee in en wat later mosselen bleken van de rotsen plukken. Plukken is welllicht geen correcte werkwoordkeuze, want deze schaaldieren voeren een taaie strijd met hun toekomstige verorberaar. Vandaar misschien eerder rukken. De mosseltjes waren uiteindelijk kleiner dan wat wij in België doorgaans consumeren, maar o zo verrukkelijk!

Ervaring B speelde zich af in Dôme Sur Mer, een schaal- en schelpdierenbistro in Antwerpen. Daar serveren ze geregeld als suggestie Bouchotmosseltjes in papillot. Simpelweg smaakpapilstrelend…

Mmmmmmmosselen!

My favorite bunny suicide

Veel woorden hoef ik hier niet aan vuil te maken…
Misschien al wat uitgemolken, maar glimlachbevorderend effect blijft.

Humor met een food-gerelateerde insteek.
Wat wil een mens nog meer?

[uit: “De terugkeer van de zelfmoordkonijntjes”
door Andy Riley (achtste druk, maart 2010)]

Tapas y compañia

Woordspelingen met tapas zijn populair tegenwoordig.

  • Er zijn de patapas van VLAM.
    Voor zij die van aardappelen houden.
  • En de hoppas van de Week van de Smaak.
    Voor zij die wel een hapje bij het Belgische bier lusten.
  • Iets verder terug in de tijd waren er de wappaz van Christer Elfving.
    Voor zij die de Spaanse klassieker graag iets wereldser zien,
    misschien zelfs absoluut Zweeds.

Een vaststelling van mijn kant, geen waardeoordeel.
Want ik geef toe: wat bekken ze lekker…

Witte chocolade

Gisteren at ik een witte Chokotoff. Jawel, een witte Chokotoff.

Meteen maakte ik een bedenking rond de zekerheden in het leven. Een Chokotoff hoort chocoladebruin te zijn. Liefst nog met een gouden richeltje op het verpakkingspapiertje – of is dat een urban legend? Het doet er mij ineens aan denken dat ik als marketeer bij Côte d’Or toch iets zou doen met die legende.

Maar deze extreme white over van Chokotoff is dus geen alleenstaand geval. Sinds een paar jaar lijkt het alsof chocoladefabrikanten een nieuwe niche ontdekt hebben. Chocoladeproducten die iedereen al kent en massaal consumeert, maar dan in het wit. Denk aan witte Maltesers, Twix, Lion, Mikado, …

Vroeger bracht de Sint mij steevast witte chocoladefiguren. Wat kende die man toch goed mijn persoonlijke voorkeur… Toch kan deze witte trend mij niet boeien. Geef mij door de band genomen maar het origineel!

Frituurtaal

Daarstraks had ik een frietafspraak. Uiteraard gebeurt dat in De Frietketel, de frituur van mijn persoonlijke voorkeur. Tussen het uitvoerige kwebbelen door heb ik wederom genoten van deze zoute zonde.

Maar wat vandaag bovenal interessant was, was de uitbreiding van mijn vocabularium met welgeteld 1 tot de verbeelding sprekend woord uit de frituursfeer.

Weesjes
Dat zijn namelijk de frietjes die bij gulle frituristen naast het bakje vallen. Gestructureerde frieteters – inclusief mezelf – verorberen eerst de weesjes vooraleer aan de rest te beginnen.

Toffe term toch?