Cliff House – Sutro’s (gesloten)

De locatie en de setting van een restaurant zetten doorgaans de toon. Point Lobos kan op dat vlak wel tellen! Een adembenemend stukje kust in San Francisco, zo’n plek waarvan je denkt dat je daar wel nog een paar keer wil komen gedurende jouw leven. Wonen desnoods, als ze echt aandringen. Sutro’s – een voormalig zwembad – in het Cliff House is nu een restaurant op Point Lobos met een panoramisch uitzicht. Eten bij zonsondergang: het heeft iets puurs, iets waarbij geluk om de hoek komt loeren.

Voor het binnengaan nemen we ruim de tijd voor foto’s en een aantal halen frisse lucht. Eens gezeten inspecteren we het menu dat voor ons ligt. Opnieuw (net als bij Gordon Ramsay at The London) hebben we per gang de keuze tussen twee opties, voor het dessert hebben ze die voor ons gemaakt.

Petite Romaine Caesar Salad
Reggiano Parmesan | Croutons
Dungeness Crab Cake
New Mexico Chili Sauce | Fried Avocado | Kumquat Marmalade

Bacon Crusted Scottish Salmon
Organic Rainbow Chard | Potato Puree | Apple | Whole Grain Mustard Sauce
New York Steak Au Poivre
Merlot Reduction | Bloomsdale Spinach | Potato Mousseline

Warm Bittersweet Chocolate Fondant
Coffee or Hot Tea

Wat het voorgerecht betreft ben ik er snel uit: ik wou krab eten in Californië en dit is mijn kans. Voor de entree (beetje verwarrend voor een Europeaan dat dit een hoofdgerecht is) twijfel ik. De dag ervoor at ik zalm in het hotelrestaurant, de dag erna gaan we naar een grillhouse met wellicht formidabel rundvlees. Uiteindelijk kies ik voor de steak. Die worden allemaal medium rare geserveerd, zegt de ober op een manier die geen tegenargumentatie verdraagt…

Wijngewijs hoeven we opnieuw geen keuze te maken. Bij deze wil ik toch nog even meegeven dat het als liefhebber van witte wijn fijn vertoeven is in Californië. Ik drink opnieuw een prima chardonnay. Zelfs in een koffiebar kun je kiezen tussen verschillende wijnen per glas. Wat een luxe! Ondertussen wachten we na een boeiende dag af met een versgebakken broodje om die eerste honger te stillen.

Dan volgt waar ik zo van hou: een krabkoekje van een levend vers beest. Verrukkelijk! De combinatie van échte krab (geen surimitoestanden hier) met avocado klopt 100%. Voor mij hoeft die avocado niet gebakken te worden en ook de combinatie met de kumquat en de chili zou ik zo laten. Persoonlijk zou ik daar eerder iets van fris groen bij serveren, zoals de Scandinaven of de Flemish Foodies het aanpakken. Maar man, wat is krab toch lekker… Degene die overigens voor de eerste optie kozen, krijgen een minimalistische interpretatie van een caesar salad die bij iedereen in de smaak valt.

photo (93)

Daarna volgt een stukje vlees in ware US stijl: veel groter dan de brok die gemiddelde carnivoren in België eten. Keurig gegrild, helaas iets te lang en bijgevolg eerder à point. Ik vraag hulp van een buurman die het met de lichtere zalm moet stellen. Daarbij komt een mooie mousseline en versie spinazie die voornamelijk gaart door de warmte van de andere ingrediënten. Een erg geslaagd gerecht, desalniettemin uit de kluiten gewassen.

photo (92)

Tot slot verschijnt nog een dessert. Moet ik nog vermelden dat daar eigenlijk al lang geen plaats meer voor is? En toch lepel ik deze moelleux in combinatie met het ijs bijna volledig op. Ik heb geen karakter als op het op eten aankomt. Dat besef ik.

photo (94)

Maze by Gordon Ramsay

We kennen hem allemaal als de blonde Britse bullebak die (professionele) keukenklunzen terechtwijst: Gordon Ramsay. De man heeft recht van spreken met zijn gewaardeerde restaurantimperium. Tijdens een studiereis in New York staat May’s by Gordon Ramsay op het programma. Daar kun je logeren en dineren in stijl; wij doen er enkel het laatste. We worden er als Vlaamse delegatie verwelkomd door een landgenote die de boel daar runt. Mooie boel, no pun intended. 

Vanwege de grote groep krijgen we een menu op maat met twee opties per gang.

CREAM OF CAULIFLOWER – curried pumpernickel, parmesan crisp
SEA SCALLOPS – pickled ramps, green garlic, zucchini

BRANZINO – wheat berries, white asparagus, tzatziki
LONG ISLAND DUCK – roasted carrots, apple-parsnip purée

WARM APPLE BRIOCHE – brown sugar crumble, vanilla ice cream
DARK CHOCOLATE FONDANT – green cardamom caramel, salted almond ice cream

Ik kies voor de sint-jakobsvruchten en de zeebaars. Die laatste zorgt overigens voor wat verwarring, want branzino verwarren sommigen met rundvlees. Afronden doe ik met de chocolade. Wijn wordt voor ons gekozen, altijd aangenaam voor een niet zo grote wijnkenner als mezelf. Ik verval in de witte sector nogal snel in de pouilly… We wachten af in het gezelschap van lauwwarme broodjes en uitmuntende olijfolie.

De eerste gang wordt geserveerd en meteen valt de enorme schare personeel op die hieraan te pas komt. Voor onze tafel met zes personen komen obers met tegelijk alle borden die dan door andere obers worden ingezet. Wat een verschil met de toch vaak onderbemande restaurants in België – al spreek ik hiermee zeker geen waardeoordeel ten gunste van de US uit, integendeel.

photo (89)

De sint-jakobsvruchten zijn simpelweg subliem! Perfect gebakken en van een superieure kwaliteit die ik nog nooit eerder mocht ervaren. Ze worden geserveerd met gegrilde en gepickelde lenteui  en een zalfje van courgetten. Het ideale voorgerecht, als je ’t mij vraagt. En ook als je dat niet doet, geef ik toch maar even mijn mening mee… Met als perfecte begeleider een witte wijn naar mijn smaak, wel geen idee meer dewelke.

photo (90)

Dan volgt de zeebaars: volgens de regels van de kunst gebakken met krokant vel en op een bedje van een graansoort. Een licht gerecht dat wordt begeleid door stuk voor stuk lekkere groenten, maar toch minder mind blowing dan de coquilles.

photo (91)

We ronden af met een atypisch dessert dat bestaat uit drie delen: een correct vloeibare moelleux, een bolletje erg bijzonder ijs met een zoute smaak en chocoladebolletjes waarvan we in eerste instantie niet door hebben dat ze bij het dessert horen (vandaar ook niet op de foto). Velen zijn niet wild van het ijs; ik vind het contrast met het zoete van de chocolade best interessant. De kardemom van op de menukaart proef ik niet in de bolletjes, maar who cares.

Gordon Ramsay bevalt! Altijd fijn als bekende koks bevestigen.

Mastelle & Co. (gesloten)

In de Jan Breydelstraat (die de Korenlei met de Burgstraat verbindt) staat Club Reserva een stukje gevel ter grootte van een deur af aan Mastelle & Co. De kans dat een niet-Gentenaar “Maswatte?” vraagt, is reëel. Neen, het gaat niet om een line extension van het Antwerpse MAS. Mastellen en in het bijzonder de gestreken exemplaren zijn culinair erfgoed in Gent. Een mastelle kun je het best omschrijven als een ronde sandwich met een iets luchtiger deeg en doorgaans een vleugje kaneel. Die worden belegd met boter en donkerbruine suiker vooraleer ze gestreken worden. Vroeger gebruikte men daar aluminiumfolie en een echt strijkijzer voor. Tegenwoordig drukt men die vaak plat tussen een grillplaat zonder ribbeltjes. Zo ook bij Mastelle & Co, al geeft Younes (de niet onknappe man die het deurgat bemant) aan dat hij nadenkt over een constructie met vier strijkijzers omwille van de authenticiteit.

photo (87)

Bij mijn aankomst op een zaterdagmiddag blijkt hij even verschwunden. Wanneer hij buitenkomt uit Club Reserva, valt meteen zijn sympathieke aard op. Ikzelf vraag een gestreken mastelle (€ 2), aan enkele andere klanten geeft hij uitleg over een nieuwe variant: een mastelle met geitenkaas, nootjes en honing die in chocolade ondergedompeld wordt en koud gegeten (€ 5). Vooraleer ze bestellen, laat hij hen en mij een stukje proeven. Niet mis, al heb ik geen spijt van mijn gestreken keuze. Hij vertelt nog dat hij al als tip kreeg om een pot vloeibare chocolade te voorzien waarin de mastellen dan gedoopt worden vlak voor het opeten. Maar het moet allemaal doenbaar blijven in dat deurgat.

Ondertussen dagen alweer andere klanten op die hem herkennen als voormalig gids op een boot. Terwijl praten we wat over hoe zijn zaak draait, wat de toekomstplannen zijn en waar hij zijn mastellen inkoopt. Bleek dat hij die in eerste instantie zelf bakte, maar inmiddels Himschoot laat leveren. Volkomen begrijpelijk!

photo (88)

Al wandelend naar mijn volgende afspraak besef ik weer hoe eenvoudig lekker zo’n mastelle is. Het moet geleden zijn van de Patersholfeesten… Mastelle & Co heeft op een vriendelijke manier hun act together en daar hou ik van. Het plaatje (en hiermee knipoog ik uitsluitend naar de mooie vormgeving) klopt. Wat is Gent toch een topstad voor foodies!

Coeur d’Artichaut (gesloten)

Op een vrijdagmiddag spreek ik af met mijn intussen vaste lunchafspraak uit Twitterville (@mdevrieze voor de nieuwsgierigen) bij Coeur d’Artichaut – een restaurant dat omwille van velerlei redenen een knipperlichtrelatie heeft met mijn restolijstje. Door de recente lovende reacties (over chef Tom Van Lysebettens en over hun interieur) boek ik er uiteindelijk dan toch een tafel.

Ik parkeer in de ondergrondse parking Sint-Michiels en arriveer op tijd, maar toch is mijn gezelschap mij voor. We bestellen alvast een aperitief (droge sherry en een glas pinot grigio) en krijgen daarbij indrukwekkende kroepoek van rijst met limoenmayonaise. De kaart ziet er veelbelovend uit en nodigt nu al uit tot een vervolgbezoekje. Wij houden het voor deze keer op het lunchmenu (€ 16,50). Toast met tartaar van tomaat als voorgerecht. Gelakt buikspek, crème van paprika, daikonsalade en gemberemulsie als hoofdgerecht.

photo (84)

De toast volgt al snel. Niets spectaculairs, maar eerlijk, puur en bovenal lekker. De beide toasts komen samen op een bordje, waardoor het eigenlijk eerder een amuse of een tapa is dan een voorgerecht. Perfect begrijpelijk aan dat tarief. Daarnaast besef ik ook dat er nergens het woord ‘voorgerecht’ geafficheerd staat, dat heb ik er zelf van gemaakt.

photo (86)

Dan verschijnen de kunstig gedresseerde hoofdgerechten. Erg mooie borden! Ik twijfel in eerste instantie of ik het buikspek volledig zal opeten (vet incluis). Aan de overkant in ieder geval wel en ik volg dat voorbeeld, al ben ik geen pur sang carnivoor. En het bevalt, zeker de combinatie met het scherpe van de daikon en de radijsjes enerzijds en de zuiderse paprika anderzijds. Chef Tom verrast mij echt aangenaam, of misschien net niet. Hij voldoet feilloos aan de verwachting die ik had op basis van zijn Instagram foto’s.

photo (85)

Omdat we toch nog met een klein goestingske zitten – of omdat we nog niet zijn uitgepraat, kijken we nog eens naar de dessertkaart. Die komt samen met een inside joke van de chef over een suikerspin. Indirect grapje wel, want hij komt zijn keuken niet uit… :) Ik ga
voor de aardbei en rabarber | butterscotch en yoghurt. Een streling voor whatever en 100% mijn smaak. We ronden af met koffie die begeleid wordt door een citroenmacaron en een donker stukje chocolade.

Wat ben ik tevreden met dit nieuwe (in mijn restowereld, niet tout court) lunchadres. Coeur d’Artichaut mag wat mij betreft met geheven hoofd naast de Gentse spots van de Flemish Foodies staan. Het heeft dezelfde frisheid en liefde voor toegankelijke gastronomie (ook wel bistronomie) die niet iedereen gegeven is, ook al proberen ze soms nog zo hard.

En dan heb ik nog niet verteld hoe gek ik eigenlijk ben op dat hart, die bodem van een versgekookte artisjok. Het doet mij denken aan hoe we thuis aperitiefhapjes voorbereiden voor eetgasten en dat verrukkelijke stukje voorbehouden aan de hardwerkende thuiskoks. Jeugdsentiment met een paar druppels vinaigrette…

Soda

In Zevergem, vlakbij de afrit De Pinte op de E17 ligt Soda – een brasserie / café waar een collega ons mee naartoe neemt om een namiddag een beetje weg van alles te praten en na te denken over de toekomst. Zo’n zware hersenactiviteit dient uiteraard ingeleid te worden met een lunch. We kiezen vrijwel massaal voor de daglunch (€ 16,50 – voorgerecht + hoofdgerecht + koffie met versnaperingen), gedeeltelijk omdat de rest van de kaart aan de prijzige kant is. Op het menu staat tomaat met mozzarella en pesto als smaakmaker en gemarineerde kipbrochette met couscous en ratatouille als hoofdschotel. Dat klinkt licht en lunchy!

Qua drankje bestel ik een roséwijntje. Op tafel staat al de ganse tijd een schaal met stokbrood, olijfolie, pindanoten (nog in de schil) en gerookte zalmsla. Stuk voor stuk erg lekker! De sfeer in Soda straalt vooral Frankrijk uit: bewust verschillende onderleggers en bordjes met lavendel, lambrisering, … Erg stijlvol, tegelijk wel niet mijn smaak.

photo (81)

Het voorgerecht is wat ik ervan verwacht (deels doordat ik als eens spiekte bij een ander): die halsreikende zomer op je bord. Tomaat, mozzarella, fijngesneden rucola (waarom in godsnaam), olijfolie, balsamicocrème en een aantal origineel gekleurde kerstomaatjes. Een frisse start die op gepaste wijze het iets kruidiger hoofdgerecht inluidt. We krijgen een mooi bord met een mals gebakken kipbrochette overgoten door een yoghurtsausje (en helaas weer met die fijngesneden rucola). Daarnaast ligt een serveerring vol couscous met een smaakvolle ratatouille. Tijdens het dresseren is de couscous drastisch afgekoeld. Dat kan natuurlijk als het om taboulé gaat, maar – eerlijk is eerlijk – zo stond het niet op de suggestiespiegel. Voor de rest werkelijk waar een prima gerecht!

photo (82)

Afronden doen we met koffie en versnaperingen. Op onze tafel met zes personen verschijnen twee borden met een echte sugar overload. Soezen, snoepen, ‘lukken’, Chokotoffs, genoeg voor een niet-zoetekauw als ik om een week weg te kunnen.

photo (83)

Een erg correct, verzorgd en smakelijk pakket voor € 16,50! Met iets minder honger kun je ook enkel voor soep en de dagschotel opteren, wat je dan € 12 kost. Soda verdient samengevat dus die 4 sterren in zone/09. De twee collega’s die à la carte eten, komen er wel iets minder goed van af: € 22 voor een rundscarpaccio als hoofdgerecht en € 11 voor een (iets grotere) tomaat mozzarella als voorgerecht is wel erg ruim gerekend.