Eat Love Pizza

Via de independent hotspot guide NewPlacesToBe kwam ik terecht bij Eat Love Pizza, the pizzeria that lets you taste the difference gevestigd op de Gentse Ajuinlei. Het interieur dat voor 90% uit OSB-platen bestaat ziet er veelbelovend uit, de reacties op Twitter blijken nogal lauw. De website vertoont wat kuren, maar ik laat mij niet ontmoedigen.

We zijn al een eindje binnen wanneer ik ineens besef dat deze pizzeria de omgebouwde feestzaal is van de Mineral – lang een gevestigde restowaarde in Gent, onlangs even pop-up The Fat Cow, nog onzeker qua toekomst. Topinterieur, zo’n beetje grootstedelijk!

Foto: www.newplacestobe.com

Zowel mijn wederhelft als ik gaan voor pizza. Hij kiest voor pizza parma, de meest mannelijke pizza op de kaart volgens de serveerster. Mij zegt die 50/50 mogelijkheid wel wat; de originele namen herinner ik mij echter niet meer. Mijn eerste helft (Eliette of zo) met pikante tomaat, rode ui, ansjovis, zwarte olijven; mijn tweede helft met scamorza (gerookte kaas), aubergine, courgette, rucola.

We besluiten om het na het vaderdagaperitief alcoholloos te houden. Dus bestellen we een grote fles Chaudfonteine en een limonade Eat Love. Het drankje met gember en limoen smaakt intens, al vind ik € 3,5 wel wat veel voor zo’n klein teugje.

Wanneer de pizza’s voor onze neus staan, kijkt het lief enigszins beteuterd: mijn pizza ziet er logischerwijs minder saai uit. De bodems zijn bovendien flinterdun en bijgevolg behoorlijk anders dan bij een klassieke Italiaan. Mij bevalt deze luchtige interpretatie van een pizzabodem wel. Doorgaans heb ik wel wat moeite met pizza: ik bestel het quasi nooit op restaurant, omdat ik – nochtans een behoorlijke eter – altijd minstens een kwart moet laten liggen wegens oververzadigd. Initieel dacht ik dat dit bij Eat Love wel zou lukken, helaas vecht ik in de helft alweer met mijn eetlust. Onverklaarbaar, want met Turkse pizza of diepvriesexemplaren van Dr. Oetker heb ik dat niet voor. Het lief vecht eveneens, maar dan met zijn te zwaar belegde binnencirkel waardoor deeg, kaas en tomaat tot een onappetijtelijk uitziend mengsel zijn verworden.

Wanneer hij mij vraagt “Zou je hier nog terugkomen?”, dan weet ik dat hij subtiel een negatief advies wil geven. Ik ben niet onverdeeld negatief door het hippe interieur en de originele topping. Desalniettemin hangt er een vreemd sfeertje waar ik nogal moeilijk mijn vinger op kan leggen. De norse ober? De prettig gestoorde pizzabakkers? Je ne sais pas.

Het wordt geen maandelijkse vaste waarde, eerder het voordeel van de twijfel.

Balls & Glory

Wim Ballieu, het joviale gezicht van Goe Gebakken, opende een maand geleden de pop-up store & lunchresto Balls & Glory in de Gentse Sint-Jacobsnieuwstraat. Het idee? Handcrafted meatballs met een originele vulling om ter plaatse op te smullen of op eender welke andere plek (wat men doorgaans meeneem noemt).

Originele ondernemers behoeven gesteund te worden. Mijn eerste poging tot een gehaktbal mislukte, want zomaar binnenwandelen zonder reservatie is niet aan te raden. Lunchen kan op maan-, woens- en vrijdag van 10u tot 15u. Dezelfde dag nog bel ik om een nieuw gloriemoment vast te leggen.

Een week later arriveren we iets na 12u, als eerste lokale lunchers van de dag. Iedereen komt aan een lange metalen tafel met houten krukjes te zitten. Net iets te hoge krukjes weliswaar, want mijn knieën passen er niet onder. Reeds aanwezig op tafel zijn het bestek, glazen, karaffen met water en schijfjes citroen, aardbeien. Handig! Een jongedame komt naar onze keuze informeren: champignon en truffel of pancetta en kervel als vulling. Mijn gezelschap gaat in eerste instantie voor de pancetta, maar laat zich dan toch overhalen door het truffelenthousiasme van de dienster. Ik doe mee. Qua drank kunnen we ook wijn of bier krijgen; we houden het echter bij het citroenwater.

Ondertussen loopt de zaak vol en ook de afhalers lossen elkaar vlotjes af aan de toog. Voor hen bestaan er iets meer variaties: appel, kers en nog iets (aan € 8). We praten wat bij en gelukkig hebben we behoorlijk wat te vertellen, want de happy balls nemen toch ruim de tijd om warm te worden. Ongeveer een half uurtje later verschijnen onze borden met een portie wortelstoemp, daarop de gehaktbal en omgeven door 2 soorten saus.

Mijn oprechte excuses voor de slonzige foto! :)

De gehaktbal bestaat uit smakelijk gehakt, een smeuïge vulling met stevig doorsmakende truffel en een quasi knapperig korstje. De stoemp is stoemp comme il faut: grof gestampt. Meer zelfs, er zit zowaar een volledige wortel in! Welke sausjes begeleiden, kan ik niet exact zeggen. Iets in de trant van peperroom, iets à la beurre blanc. Een lekkere lunch voor de schappelijke som van € 10!

Tijdens het eten merken we dat onze 4 buurvrouwen steeds meer op hete kolen komen te zitten omdat hun ballen op zich laten wachten. Hun lichaamstaal braakt ongeduld en Wim komt na het uiteindelijke serveren een paar keer zelf horen of het smaakt. De Balls & Glory machine loopt inderdaad nog niet gesmeerd. Hoewel er voldoende personeel rondloopt, is een half uur wachten op een eenvoudig lunchgerecht helaas overdreven. Je voelt desondanks wel dat het goed komt, mits iets langer roderen…

Bij het afrekenen merk ik trouwens nog dat je de gehaktbal ook met iets kouds kan combineren: een soort koolsalade (als ik het mij goed herinner) in plaats van stoemp dan. Wellicht iets evidenter bij zomerweer, want aan ons is de vraag in elk geval niet gesteld.

Toch straf van Wim Ballieu om een Vlaamse klassieker her uit te vinden en hiermee meteen de Gentse harten te veroveren. Andere steden volgen onvermijdelijk.

Wil je thuis zelf aan de slag met gehakt? Wim Baillieu schreef een kookboek!

 

Soup’r

Gent telt wel een aantal soepbars: Soep+, Souplounge, venTura, … Vandaag stapte ik SOUP’R binnen voor een lichte lunch. De fris ingerichte zaak zit afgeladen vol. Verschillende gezelschappen delen zelfs tafeltjes en er staat een behoorlijke rij te schuifelen richting toog. Ik sluit aan en bestudeer ondertussen de opties. SOUP’R deelt de soepen in volgens regular (vandaag tomatensoep en minestrone), special (vandaag gazpacho en wortel-paprika) en meal soup (vandaag pinda met kip en rijst), telkens verkrijgbaar is klein – middel – groot. Elke soep kan gepimpt worden met onder meer balletjes, korstjes en kaas. Verder vullen slaatjes en broodjes het lunchassortiment aan.

Na lichtjes twijfelen bestel ik uiteindelijk de wortel-paprikasoep met mascarpone en bieslook, daarbij krijg ik nog wat boter en drie verschillende sneetjes brood (wit, lichtbruin en donkerbruin). Weliswaar de kleine portie, want ik heb mij vlak voor de lunch op twee pannenkoeken laten trakteren door mijn buurvrouw. Ik vraag aan een Einzelgänger of ik mee aan tafel mag schuiven en begin te lepelen in het gezelschap van De Gentenaar – uit het voor klanten beschikbare pershoekje.

Supersoep, werkelijk waar! Lekker zacht van smaak en tegelijk voldoende gekruid. Dat is kunnen, toch? Die geknipte stukjes bieslook zorgen trouwens voor een leuk visueel effect: het lijkt alsof er gaatjes in mijn soep zijn… Het ovenverse brood proeft heerlijk homemade. Meer moet dat niet zijn, al zou het wel net iets aangenamer vertoeven zijn met net iets minder volk. Maar daar malen de uitbaters om logische redenen wellicht niet om.

Parnassus

Parnassus, ‘dé ruimte voor cultuur en ontmoeting in het hartje van Gent’, huist in een voormalige Franciskanenkerk op de Oude Houtlei en is een sociaal tewerkstellingsproject van vzw Ateljee (met als ander project bijvoorbeeld De Kringwinkels). Meteen overweldigt het grootse kader! En ik onderdruk de reflex om een kruisteken te maken…

Aan de ingang staat een jongeheer die mij vraagt of ik al een lidkaart heb. Die heb ik niet, want restaurants doen doorgaans niet van lidkaarten. Zonder morren schrijf ik mijn gegevens op en vervolgens krijg ik een montere uitleg over hoe Parnassus werkt. Ofwel ga je voor een dagschotel (€ 8,5 – soep met hetzij niet-veggie hetzij veggie), ofwel start je van een pasta of een slaatje (€ 6). De beide kun je aanvullen met allerlei ingrediënten.

Het menu van de dag – dat trouwens via de website raadpleegbaar is – schaft seldersoep en een duo van witte en zwarte pens met saus van Luikse siroop, aardappelen en appelmoes met kaneel. Ik opteer echter voor de vegetarische optie: bladerdeeg met champignons. Waar ik mij dus aan een bladerdeegkoekje met wat paddenstoelen en een portie rauwkost verwacht, verschijnt op mijn bord echter een bont allegaartje. Geloof me, een bont allegaartje is geen overdrijving. Zie mijn opsomming hieronder!

  • bladerdeegje met champignons (alsook sojascheuten, pijnboompitten, tarwe, wortel)
  • gestoofde prei
  • gekookte tuinbonen
  • appelmoes
  • gestoofde courgette, paprika, champignons
  • kropsla met dressing
  • mix van radijs, rammenas en daikon
  • roquefortsausje

Indrukwekkend dat dat allemaal op 1 bord past, toch? Het hoeft wellicht geen betoog dat al die smaken niet meteen harmonieus samengaan. En toch pik ik dat van Parnassus. Omdat het een sympathiek initiatief is, omdat eten in een kerk toch een tikkeltje plechtig is, omdat € 8,5 geen geld is voor een warme maaltijd inclusief soep.

De Vitrine, tweede bezoek (gesloten)

Vanavond wandelde ik met de vroege shift (18u30) De Vitrine binnen. In mijn blogpost na het eerste bezoekje ongeveer een half jaar geleden liet ik mij integraal positief uit over het eten. Doch strooiden enkele bummers (het reservatiebeleid, het te snelle serveertempo en de slechte akoestiek) bescheiden wolkjes roet.

Op een doordeweekse woensdagavond stoot dat vroege aankomstuur echter niet tegen de borst, want dan ben je tenminste op een ’treffelijk’ – zoals West-Vlamingen durven te zeggen – uur thuis. Het net iets te vlotte opdienen blijft onveranderd. Met een niet volzet restaurant valt de storende akoestiek minder op. Bovendien vind ik het des te aangenamer om op een heldere juni-avond in de kleine verbruikszaal te tafelen. Onze stek achterin vlakbij de keuken met panoramisch zicht op de chefs is eersteklas.

Bijkomende primeur vanavond: dit moet zowaar mijn eerste gastronomische ervaring zonder alcohol zijn. En ik kan meteen verklappen dat de appelsap van oude rassen en de fles spuitwater bevallen. Meer zelfs, misschien ervaar ik de gerechten iets bewuster.

We trappen af met gepekelde asperges, geitenkaas en duizenkruid als hapje. Menugewijs opteren we voor de vier gangen (€ 45); de vijfde gang bestaande uit scheermessen, alsook de kaas als dessert laten we aan ons voorbijgaan.

What’s on the menu this evening, Sir?

Keiemse witte • spinazie • wilde rucola
gekonfijte kabeljauw • gerookte kuit • koolrabi
geitenlam • groene asperge • wrongel
aardbeientaart • dragon • Geuze

Na de frisse starter met spinaziecrème en een zacht kaasje uit de streek van Diksmuide slaat de gekonfijte kabeljauw echt in. Wat een smaak, in het bijzonder door die gerookte kuit. Kobe Desramaults houdt blijkbaar van dit ingrediënt, want bij ons vorig bezoek combineerde hij deze kuit ook al met spruitjes, kokkels en gerookte eierdooier. Mijn favoriet van de avond is echter het hoofdgerecht met geitenlam. Op het bord verschijnt het geitje in de vorm van ragout en een gebakken stukje puur vlees. Daarnaast komen gebrande asperges, wrongel van geitenmelk en een krokantje als perfecte afwerking. Tijdens het dessert consumeer ik dan toch indirect alcohol: naast het voortreffelijke stukje aardbeientaart ligt namelijk sterk doorsmakend ijs van Geuze. De combinatie aardbeien en dragon is er overigens eentje om te onthouden…

Wederom een staaltje van Gentse topgastronomie! Ik genoot. Met volle teugen (spuitwater). En meteen neem ik mij voor om dergelijke eetgelegenheden voortaan op weekdagen te bezoeken. Een verademing in vergelijking met de weekenddrukte…