Finjan

Wellicht honderd keer ben ik er voorbijgereden: Finjan, oftewel dé pita van ’t stad en volgens hun eigen tagline zelfs meer dan pita. Op een verloren middag kom ik tijdens de rit tussen ons Antwerpse en Gentse kantoor ineens in de verleiding om dit keer effectief te stoppen. Ik rij in eerste instantie voorbij, maar draai een paar honderd meter verder toch terug…

This is the day.

Er zit redelijk wat volk binnen en op de meeste vrije tafels staat een bordje met ‘gereserveerd’. Gelukkig kan ik nog in een verborgen hoek terecht waar je – als het nodig is – zelfs met drie shoarma of kebab naar binnen kan werken. Ik check de kaart en besluit om het voor mijn eerste keer bij the basics te houden, al lachen de halloumivingers, chakchuka en special mixed grill stralend in mijn gezicht. Doe mij dus maar een kebab oftewel gegrild lam- en rundsgehakt met koolsla en slamix (€ 11,20) en een cola zero (€ 3).

Niet veel later komt een nostalgische plateau met extra smaakmakers voor mijn neus te staan. Ik moet me inhouden om niet meteen van alle sauzen te proeven…

Een schaal vol huisgemaakte sauzen

Geef toe, die zien er toch goddelijk uit?

Gelukkig duurt het niet zo lang vooraleer mijn kebab de bestelling compleet maakt.

Kebab met koolsla en slamix

Gault & Millau – voor mij persoonlijk geloofwaardiger dan de Michelingids – voerde een aantal jaar geleden naast het puntensysteem een alternatief pop label in voor toegankelijke adresjes met kwalitatief eten. Achteraf discussieerde ik nog met een vriend of dat Gault & Millau label terecht is en ik vind absoluut van wel. Een beetje spoilen kan geen kwaad.

Alle individuele onderdelen van de pita leunen zo dicht tegen de perfectie aan dat ik er een beetje week van word. Om te beginnen het broodje: een volmaakt pitabroodje dat overduidelijk dagvers is. Idem dito voor de kebab: die blijkt feitelijk een platte hamburger die in het bijzonder niet té doorbakken is. Misschien vreemd om dat over een kebab te zeggen, maar het zijn de groenten die mij uiteindelijk helemaal overtuigen. Bij de eerste happen maak ik vooral kennis met de frisse koolsla, iets meer onderaan het broodje komt de slamix met onder andere granaatappelpitten naar boven.

En dan moet ik mij nog op de plateau met extra smaakmakers storten: de onvermijdelijke looksaus uiteraard, vergezeld door cocktail, andalouse en curry in knijpflessen. In de metalen schaaltjes bespeur ik een rastapalet aan sauzen: groen, geel en rood. Saustoelichting heb ik gevraagd noch gekregen, dus ga ik op onderzoek via Ubereats. Daar kun je kiezen tussen zeven sauzen en bijgevolg kan ik de kommetjes determineren als koriandersaus, babasaus – whatever that may be, een soort chutney – en pikante saus. Mijn favorieten? Moeilijk, maar ik land toch bij koriander en kebabklassiekers als andalouse en curry. En ja, ik heb ze alle zeven meermaals geproefd… Dus we mogen hier van een weloverwogen beslissing spreken.

Meer dan tevreden reken ik mijn blitzbezoekje af en meteen neem ik me voor om de volgende keer letterlijk in de ‘meer dan pita’ te duiken.

Een reactie achterlaten